Donald Duck

Jeugdjaren

Donald Duck werd geboren in of nabij Duckstad op 9 juni 1920 als zoon van Woerd Snater Duck, wiens voorouders al langer in Calisota woonden, en Hortensia McDuck, een recente immigrante uit Schotland. Zijn ouders waren werkzaam als beheerders op het geldpakhuis van de multimiljardair Dagobert McDuck, de broer van Donalds moeder, en Donald ging naar school in Duckstad, waar hij onder meer met zijn latere vriendin Katrien Duck, zijn neef Guus Geluk en zijn latere buurman Bolderbast in de klas zat. [1]

Zijn oom Dagobert reisde in die tijd de wereld rond, en keerde pas in 1930 terug. Bij deze gelegenheid ontmoette Donald zijn oom voor de eerste keer. Er ontstond ruzie tussen Dagobert en diens zusters, die Duckstad daarna verlieten. [2]  Donald werd ondergebracht bij zijn oma. Die woonde in het landelijke dorpje Kwaakburg en zorgde voor de jonge Donald tot hij op eigen benen kon staan. Van 1930 tot 1932 ging Donald naar school in Kwaakburg. Deze episode van zijn leven is uitgebreid beschreven in de Donnie Duck-verhalen. Na zijn twaalfde, in 1932. Ging hij in Duckstad  naar de High School. Hij woonde in deze tijd in Duckstad op de campus, waar hij samen met zijn neef Diederik een kamer deelde. De rivaliteit tussen Donald en zijn neef Guus om de hand van Katrien begon al in deze periode.[3]

Donald heeft de High School nooit afgemaakt. Na twee jaar besloot hij dat hij met zijn 14 jaar op eigen benen kon staan. Hij betrok een woonboot in de buurt van Dora Ducks boerderij[4] en raakte bevriend met Peter Big, met wie hij de Idle Hour Club vormde. Tijdens zijn verblijf op de woonboot werd Donald door de Wise Little Hen aangespoord te gaan werken,[5] en op zoek naar werk verliet Donald na ongeveer een half jaar zijn woonboot en belandde in februari 1935 Mouseton.[6]

 

Jonge jaren

Hier raakte hij al gauw bevriend met Mickey Mouse en Goofy. Met hen beleefde Donald diverse avonturen. Met Mickey heeft hij zelfs van april tot augustus 1936 de wereld over gezworven.[7] Op 17 october 1937 stuurde Donald’s zus Donna hem haar zoontjes Kwik, Kwek en Kwak te logeren. In november stuurde Donald hen weer naar huis. In december 1937 besloot Donald Mouseton de rug toe te keren en naar Duckstad te verhuizen. Daar stuurde Donna haar zoontjes weer naar hem toe, eerst in april, en dan definitief in mei 1938, omdat ze een paar dagen de stad uit moest. Er werd nooit meer iets van haar vernomen, en Donald was gedwongen verder voor de jongens te zorgen. In de jaren 1938 en 1939 zetten Donald en Peter Big hun oude vriendschap voort en werkten ze regelmatig samen als journalisten.[8] Daarna raakten hun wegen gescheiden. Peter Big ging uiteindelijk de computers in, en toen de vrienden elkaar in 1994 weer ontmoetten, was Peter in tegenstelling tot Donald schatrijk.[9] In november 1940 ontmoette Donald Katrien weer,[10] die zijn nieuwe buurvrouw werd. Hun oude relatie bloeide al snel weer op. In 1943 kwam zijn voormalige klasgenoot Bolderbast naast hem wonen.[11] Ook hun vroegere relatie zette zich voort.

 

Verdere ontwikkelingen en groei van identiteiten

In december 1947 ontmoette hij zijn oom Dagobert weer. Deze zou snel uitgroeien tot zijn belangrijkste werkgever en Donald in vele avonturen meeslepen. Vanaf april 1968 is Donald samen met zijn neef Diederik Duck regelmatig werkzaam als agent van de D.D.D.D., Dagobert Ducks privé-detectivedienst. Hiervoor heeft Donald tot op heden 64 missies uitgevoerd. Tegenwoordig vervult hij er zo’n 3 per jaar. In juni 1969 kwam Donald in het bezit van de spullen van de meesterdief Fantomius. Gebruikte hij deze spullen eerst om zich te wreken wanneer hij vindt dat hem onrecht is aangedaan, langzaam groeit hij uit tot een ware superheld. Op een bepaald moment gaat Donald zelfs zo ver dat hij elke nacht boven Duckstad patrouilleert om te waken over haar veiligheid. Deze levensstijl kan Donald aanhouden omdat zijn werkloosheid hem doorgaans in staat stelt ’s nachts uit te rusten. In 1996 ontmoette Donald als Superdonald de A.I. Een, met wie hij tot 2001 nauw samenwerkte en de aarde wist te beschermen tegen buitenaardse invallers. In het jaar 2001 kwam er echter een einde aan hun partnerschap. In september 2001 kwamen Donald en Diederik als oproepkrachten in dienst van de R.W.B., de Ruimtewezenbestrijding, voor wie tot op heden 18 klussen zijn volvoerd. Vanaf april 2008 krijgt Donald nog een identiteit erbij: Dubbelduck. Hij begint dan als geheim agent voor de naamloze organisatie aangeduid als De Dienst te werken, voor wie hij jaarlijks zo’n vier missies uitvoert.

 

Noten

[1] Uit het plakboek van Guus Geluk (DD 1993-46, VB 2007); Een verhaal met vier kanten (DD 2010-44)

[2] LOS 11

[3] La primissima impresa (PKC 62)

[4] Paperino e le scuse più difficili (TL 2911)

[5] The Wise Little Hen (DD 75 jaar)

[6] ZM 35-02-10 (DD 75-11) is de eerste strip met Donald én Mickey en de eerste Donaldstrip na The Wise Little Hen.

[7] A blighted birthday (DE 2006-9 (Oberon, van iedereen)); Maharajah (pocket 160); Die goeie ouwe tijd (Vakantieboek 2001)

[8] Bij de indianen (DD 75 jaar)

[9] H94089 (DD 94-23)

[10] YD 40-11-04 (DD 81-20, DD 75 jaar)

[11] Good Neighbours (DD 76-38)

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb